Oorsprong en geschiedenis van de universele expositie
Vanaf 1933 erkend B.I.E officieel verschillende universele en gespeciliaseerde exposities, waarvan enkele zeer bekend zijn geworden in het verleden en bij hebben gedragen aan het schrijven van de geschiedenis. De Universele Exposities hebben hun oorsprong in Parijs liggen, waar de eerste in 1798, genaamd de "Exposition publique des produits de l'industrie Française" plaatsvond.
Echter, de eerste historische Universele Expositie zoals wij ze vandaag de dag kennen dateert uit 1851, Londen, hoofdstad van Engeland en wereldwijd industriecentrum. De Londen Universeel Expositie in 1851 - "the Great Exhibition of the Works of Industry of all Nations" - met 25 gastlanden en 6 miljoen bezoekers, liet zien wat voor een uniek evenement het was en had heeft een grote inpact gehad op de geschiedenis van dit soort tentoonstellingen, terwijl het ook succes garandeerde voor de toekomstige Universele Exposities.
Na het evenement in Londen, werden de daarop volgende jaren vele Universele Exposities georganiseerd in een aantal van de meest bekende steden van de wereld zoals Parijs, Wenen, Melbourne en opnieuw Parijs met de exeptionele Universele Expositie in 1889 van 5 mei tot 31 oktober 1889 - genaamd "Celebration of the Centennial of the French revolution", met als thema de Franse Revolutie's 100ste 'verjaardag', en liet ons achter met de Eiffeltoren, een stalen toren van 300mt hoog, die speciaal voor deze gebeurtenis gebouwd was.
Het grote fenomeen van exposities had ook een effect op de stad Milaan, dat dankzij de Sempione Internationale Expositie in 1906, de wereldwijde economische scene betreede, met een deelname van 25 landen en 10 miljoen bezoekers van alle hoeken van de wereld.
Na Milaan werden er nog meer Universele Exposities georganiseerd. De tentoonstellingen werden een belangrijk middel voor een land om zijn economie, politieke image en sociale macht naar buiten te brengen. Echter, vele affairs lagen inmiddels op het spel waardoor regels voor het organiseren van zulke evenementen een noodzaak werd. Om deze reden werd de Parijs conventie georganiseerd, om de geboorte van B.I.E. - Bureau International des Expositions - officieel te maken. In 1928 hadden 31 landen de conventie, die het organiseren van zulke evenementen en de verschillende bijkomende aspecten reguleert, ondertekend. Met de nieuwe eeuw en de New York Expositie in 1939, een nieuwe generatie van Universele Exposities begon. Echter, de oorlog verstoorde dit soort evenementen waardoor pas in 1947 weer opnieuw begonnen werd met het houden van deze evenementen. Vanaf 1958 - met de expositie in Brussel "Balance the world, for a more human world" - opende pas echt de grenzen van de Universele Exposities.
Vanaf dat moment werd de Expo een middel voor politieke, economische en sociale progaganda met een samenwerking van de machtigste landen van de wereld voor een globale groei, een groei die door de toetreding van enkele aziatische landen tot de conventie zeker gerealiseerd zal worden. Vandaag de dag telt de B.I.E. conventie 154 lidstaten, die zich stuk voor stuk bewust zijn van de politische en communicatieve macht van deze tentoonstellingen, die een showcase zijn voor de wetenschappelijke en technische ontwikkelingen van een natie. Na Shanghai, zal in 2015 ook Milaan de kans hebben om opgemerkt te worden in dit speciale panorama. Het thema van de Universele Expositie "to Feed the Planet. Energy for Life" oftewel "Voed de Planeet. Energie voor het Leven" is nog in de planning fase maar ziet er nu al veelbelovend uit.